Digitaliseren van beeld en geluid

Info media - minidisc

minidiscs2De minidisc (md) is een in 1991 door Sony geïntroduceerd digitaal medium dat oorspronkelijk bedoeld was om de gewone compactcassette te vervangen. De minidisc bestaat in twee uitvoeringen: een magneto-optische versie om te beschrijven en te lezen en een optische versie om alleen te lezen. 

Geschiedenis

Door een bepaalde vorm van audiocompressie (ATRAC) kon de minidisc in oorsprong ongeveer 60 minuten speeltijd op een 64mm-disc opslaan. Vervolgens kwamen er schijfjes van 74 en 80 minuten en kon door een andere audiocompressie er vier keer zoveel op. In 2004 kwam de opvolger op de markt: Hi-MD, met een veel langere speelduur. Waar op de oudere md's 4 cd's opgenomen kunnen worden, kan men op de Hi-MD wel 45 cd's opnemen. In 2005 heeft Sony modellen geïntroduceerd die ook mp3's kunnen afspelen. 

Eigenschappen

De minidisc bestaat uit een kwetsbare magneto-optische schijf van 64 mm, daarom zit daaromheen een hoesje met een klepje dat opengaat in de minidiscspeler, zodat de leeskop de schijf kan lezen of beschrijven.
De normale md-recorders waren voorzien van zowel analoge als digitale (optisch S/PDIF) ingangen, maar alleen een analoge uitgang. De latere md-net-varianten konden ook via USB (sneller dan realtime) muziekbestanden met de pc uitwisselen.
Door een ingebouwd buffergeheugen, Shock Resistant Memory genoemd, kan de minidisc in een draagbaar toestel gebruikt worden. Een minidisc-afspeler speelt niet rechtstreeks vanaf het schijfje zoals een cd-speler, maar vanuit het buffergeheugen. 

Voorbespeelde schijven

Voorbespeelde minidiscs zijn op de markt gekomen, maar zijn nooit een succes geworden vanwege het zeer beperkte aanbod in titels. De meeste voorbespeelde minidiscs zijn afkomstig van Sony's eigen platenmaatschappij. 

Concurrentie

Doordat er ook zeer kleine harde schijven beschikbaar komen, is er veel concurrentie. Ook de mp3-spelers met flashgeheugen zijn een concurrent voor de minidisc, omdat deze geen bewegende delen meer hebben. Voor de ietwat professionelere doeleinden (onder andere geluidsopnames) werd de minidisc nog wel boven een MP3-indeling en dergelijke verkozen, omdat de geluidskwaliteit van de md beter is. Ongecomprimeerde opslag van opnames op digital audio tape of harde schijf heeft overigens een nog betere kwaliteit. Vanaf 2006 komen er steeds meer draagbare apparaten die ongecomprimeerd kunnen opnemen. Voor (semi)professionele opnamen worden deze apparaten gebruikt, waarbij de opname via de USB wordt overgezet naar de computer om verder verwerkt te worden. 

Gebruik

Hoewel de md nooit een groot succes is geworden voor consumentengebruik, werd de minidisc nog lange tijd gebruikt in de opname- en uitzendindustrie. In radio- en televisiestudio's verving md de oude cartmachines om jingles mee af te spelen en uitzendingen op te nemen. Vanaf 2007 gebruiken radio- en televisiestudio's de computer voor het uitzenden van reclame, nieuws, jingles en muziek. Soms wordt md-apparatuur niet eens meer geïnstalleerd. Artiesten die md's gebruiken voor demo's of orkestband worden zo verplicht om alles weer op cd te zetten.
De minidiscrecorders die ook geluid konden opnemen, konden dat in oorsprong niet digitaal naar de computer overzetten. Dit werd bewust gedaan om het illegaal verspreiden van muziek tegen te gaan. Toen er later mp3-spelers kwamen met een opnamefunctie, was dit achterhaald. Pas daarna bracht Sony een minidiscrecorder uit die het opgenomen materiaal wel digitaal naar een computer kon overzetten. Maar de md was toen al reeds op zijn retour en werd nog maar weinig gebruikt. 

Computerdataopslag

minidisc playerIn 1993 introduceert Sony MD Data voor de opslag van computergegevens. Dit systeem heeft een gegevenscapaciteit van 140 megabyte per schijfje. Dit werd geen groot succes, want het bleek dat minidisc-dataschrijvers niet erg betrouwbaar zijn.Ook is door onder meer de firma Yamaha een digitale multitrackrecorder op basis van de MD-Data Disc ontwikkeld. Deze kan tot 8 sporen gedurende 18 minuten digitale audio in cd-kwaliteit opnemen. Tevens beschikt dit apparaat over een analoge 12 kanaalsaudiomixer en veel mogelijkheden tot digitale audiobewerking. 

Conclusie

Minidisc is nooit een groot succes geworden. Dit komt onder andere omdat al snel na de opkomst van de minidisc de cd-brander en het coderen naar MP3 verschenen. Het voordeel van mp3's is de snelle verspreiding van deze bestanden via 'peer to peer'. In veel professionele radiostudio's verving de minidisc de storingsgevoelige NAB-jinglecartplayers voor het afspelen van jingles. Daarvoor worden meestal speciale minidisc-jingle-players van Sony gebruikt. Vanaf 2008 verdwijnt de minidisc ook uit de radiostudio's. In 2011 stopte Sony met de productie van walkmans voor minidiscs.[1]